Het proces van het GRUP
In een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) legt de overheid de bodembestemming van een bepaald gebied vast. Dat betekent dat voor alle percelen in dat gebied duidelijk bepaald wordt wat er kan en wat niet. Welke activiteiten mogen er plaatsvinden? Waar mag gebouwd worden? En aan welke stedenbouwkundige voorschriften moeten de constructies dan voldoen? Een RUP wordt opgemaakt wanneer het nodig of wenselijk is om de bestaande plannen (het gewestplan, een BPA …) aan te passen.
Ruimtelijke uitvoeringsplannen kunnen opgesteld worden door een gemeente, provincie of gewest. Een gewestelijk RUP of GRUP draagt altijd bij aan de uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. In dat plan geeft de overheid in grote lijnen aan hoe zij Vlaanderen ruimtelijk wil zien evolueren.
Voor twee knooppunten, namelijk knooppunt 7 en knooppunt 12, worden nieuwe Gewestelijke Uitvoeringsplannen (GRUP) opgemaakt. Knooppunt 7 (Zeeschipstraat - Evergemsesteenweg) krijgt een op- en afrittencomplex in lusvorm en ter hoogte van ArcelorMittal (knooppunt 12) zal de R4 met een brug over de spoorweg lopen en zal de ontsluitingsweg N449 aansluiten op dit nieuwe knooppunt in plaats van op de rotonde Cosmos.
Bekijk op de pagina van het Departement Omgeving de goedgekeurde documenten, de besluitvormingen en een actueel overzicht van de stand van zaken voor:
De verschillende stappen in de GRUP-timing
1. Opstartfase
2. Opmaak startnota en procesnota
3. Startbeslissing Vlaamse Regering
4. Kennisgeving en participatiemoment
5. Scopingfase (scopingnota)
6. Voorontwerp GRUP
7. Plenaire vergadering
8. Opmaak ontwerp GRUP
9. Voorlopige vaststelling van het GRUP
10. Openbaar onderzoek
11. Principiële vaststelling van het GRUP
12. Adviesverlening Raad van State
13. Definitieve vaststelling van het GRUP
1. Opstartfase
De opstartfase is de eerste formele stap in het GRUP-proces. Tijdens deze fase worden een eerste verkenning uitgevoerd, de doelstelling geformuleerd en het planteam samengesteld. De leden van het planteam worden gekozen op basis van de plandoelstellingen, de complexiteit van het GRUP en de expertise die nodig is om de opmaak van het GRUP en de noodzakelijke effectenbeoordelingen te begeleiden.
2. Opmaakt startnota en procesnota
De startnota verduidelijkt de doelstellingen van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP), bakent het plangebied af en beschrijft de te onderzoeken milieueffecten. Daarnaast gaat de startnota ook in op eventuele alternatieve locaties of inrichtingen van het plangebied die (nog) minder effect hebben op het milieu. Voor de locatie van het plangebied van R4WO zijn er geen alternatieven, dus die ligt reeds vast. Er werden wel twee inrichtingsalternatieven onderzocht voor het verkeer met bestemming Wachtebeke. Nader onderzoek heeft aangetoond dat de ontsluitingsweg N449 verlegd moet worden om een vlotte verkeersafwikkeling in de toekomst te garanderen.
De procesnota hoort bij de startnota en omschrijft zowel hoe het proces wordt gepland als hoe het effectief zal uitgevoerd worden. Het is een dynamisch document dat in elke fase van het proces geactualiseerd wordt. De nota geeft weer wat de aanpak, overleg- en participatiemomenten en resultaten van elke fase in het proces zijn.
Documenten
3. Startbeslissing Vlaamse regering
Met de startbeslissing gaat de Vlaamse Regering het engagement aan om de problematiek van de betreffende knooppunten te onderzoeken om tot een passende oplossing te komen.
4. Kennisgeving en Participatiemoment
De startbeslissing van de Vlaamse Regering, de startnota en de procesnota worden aan het grote publiek voorgesteld tijdens een kennisgevings- en participatiemoment.
Documenten
5. Scopingfase (scopingnota)
Het planteam verwerkt de adviezen, reacties en opmerkingen uit het participatiemoment en de publieke raadpleging in een scopingnota. Hierin wordt duidelijk hoe suggesties om het plan te verbeteren in acht genomen worden, of wat de aandachtspunten zijn in functie van het effectenonderzoek.
6. Voorontwerp GRUP
In deze fase werkt het planteam het plan verder uit in een voorontwerp, met de resultaten van de milieueffectenrapportage, het openbaar onderzoek en eventueel andere onderzoeken in het achterhoofd. De verschillende alternatieven worden aan deze onderzoeken afgetoetst en geëlimineerd. Als er knelpunten in het GRUP zitten, kan het voorontwerp in een plenaire vergadering met de adviesinstanties besproken worden.
7. Plenaire vergadering
Een plenaire vergadering is een besloten vergadering met adviesverlenende instanties. Hier wordt het voorontwerp besproken.
8. Opmaak ontwerp GRUP
Op basis van het voorontwerp gaat het planteam nu aan de slag met het ontwerp van het GRUP. Dit wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Vlaamse Regering.
9. Voorlopige vaststelling van het gRUP
De Vlaamse Regering krijgt in deze fase de kans om het ontwerp-GRUP en de effectenbeoordeling grondig door te nemen en voorlopig vast te leggen. Dat betekent dat het GRUP voorlopig goedgekeurd wordt en onderworpen kan worden aan een tweede openbaar onderzoek.
10. Openbaar onderzoek
Het openbaar onderzoek moet de puntjes op de i zetten. Het publiek en adviesverlenende instanties krijgen 60 dagen de tijd om input te geven, dit keer over het ontwerp-GRUP. Er wordt ook een tweede participatiemoment georganiseerd. Het planteam verwerkt de eventuele opmerkingen en bezwaren uit het openbaar onderzoek in het definitieve GRUP. Als het plan hierdoor wezenlijk verandert, zullen een aantal van de bovenstaande stappen herhaald moeten worden.
11. Principiële vaststelling van het GRUP
De dienst MER geeft zijn finale kwaliteitsbeoordeling van de effectbeoordeling. Ze toetst het GRUP aan de scopingsnota en aan de gegevens die een project-MER moet omvatten, en ze houdt rekening met de adviezen, opmerkingen en bezwaren uit het openbaar onderzoek. De Vlaamse Regering neemt de principiële beslissing tot definitieve vaststelling en vraagt daarover advies aan Raad van State.
12. Adviesverlening Raad van State
Het GRUP wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State.
13. Definitieve vaststelling van het GRUP
In de laatste fase wordt het GRUP definitief vastgesteld door de Vlaamse Regering. Dit moet uiterlijk 10 maanden na het einde van het openbaar onderzoek gebeuren. Vervolgens wordt het plan bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. Het treedt 14 dagen later in werking.